Viervoeters blaffen naar de dood Een leven lang op zoek Naar een vijfde ledemaat Fantoompijn breidt zich uit doorheen de jaren Raken we onszelf steeds dieper kwijt Intussen dunt de vacht uit Waar de ketting schuurt Bloed kruipt en duurt zijn tijd Gelukkig is er nog de stem Die galmt in onze flipperkast En stuitert tegen ribben tot de strotklep sluit Als een kogel die zijn baan verlaat En je kan treffen onderweg Zeg me, welke stem in mij Je vandaag het beste verstaat Want wat is een mens Zonder ballistiek Teruggefloten door zichzelf Wat ultrasoon vertoon Of lood dat wentelt om zijn as Wat ons drijft is de spanning Die het ei voelt voor het barst De voorkennis van dieren Bij bliksem en gedonder Het geurspoor van wat was Zou het niet mooi zijn Dat wij vandaag worden gered Door niemand in het bijzonder